header image
 

Hippolytushoef

Op een kleine 15 kilometer afstand ten noordoosten van Julianadorp aan Zee ligt het plaatsje Hippolytushoef. Hippolytushoef behoort tot de gemeente Hollands Kroon en telt meer dan 4.400 inwoners. In de 14de eeuw wordt de plaats al genoemd, echter niet als Hippolytushoef, maar toen nog als Ypolshof. De naam Yploshof is afgeleid van een boerderij die daar zou hebben gestaan. De bewoners van Hippolytushoef spreken niet van Hippolytushoef, maar van Hippo. Of ze spreken van dörrep, hetgeen gewoon dorp betekent.

 

Hippolytushoef klein parijs

 

In de 19de en 20ste eeuw stond Hippolytushoef bekend als klein Parijs. Deze naam had Hippolytushoef te danken aan het feit dat het dorp bol stond van de cafés. Toentertijd was het uitgaansleven in Hippolytushoef enorm grootst en uitgebreid. Het hoogtepunt vormde de kermisperiode. Sinds de jaren 60 van de vorige eeuw sloot het leeuwendeel van de cafés in Hippolytushoef hun deuren. Heden ten dage zijn er nog maar een handjevol cafés over in het Noord-Hollandse plaatsje. Echter tijdens de kermis is het weer van oudst en barst het dorp uit zijn voegen van het feestgeruis!

Hippolytuskerk

In Hippolytushoef zijn vier kerken opgetrokken en te bezichtigen: de Hippolytuskerk (12de eeuw), de Doopsgezinde Vermaning (1861), de Rooms-katholieke kerk (1868) en de protestantse Ankerkerk (1967). Tegenwoordig is de Hippolytuskerk een multifunctioneel kerkgebouw. De Hippolytuskerk en diens toren werden in het monumentenregister ingeschreven op 22 augustus 1972. De Hippolytuskerk is een Protestantse kerk waar naast kerkelijke diensten ook muziekconcerten en tentoonstellingen worden gehouden.

De Hippolytuskerk werd gebouwd op een kunstmatige hoogte. Deze hoogte heeft een ronde vorm. Uit de 17de eeuw stamt het eenbeukig bakstenen schip. De beruchte wervelstorm van 1674 was verantwoordelijk voor de instorting van het originele schip. Dit originele schip had vermoedelijk dezelfde stijl als het huidige koor. Uit de 14de eeuw stamt het aangesloten gotisch koor. Dit gotisch koor is opgebouwd uit turfsteen. Dit turfsteen is afkomstig van een eerdere kerk. Ook de onderbouw van de toren bestaat uit turfsteen, dit turfsteen is eveneens afkomstig van een eerdere kerk, een kerk die bovendien stamt uit de 12de eeuw.

Van een latere datum zijn de opbouw van de kerk en de spits van de toren. Deze zijn niet uit turfsteen, maar uit baksteen opgetrokken. De torenspits is hierdoor dus ook gemetseld. De torenmuren hebben spaarvelden en brede bloklijsten. Keperfriezen zorgen voor de afsluiting van de spaarvelden. Alle zijde zijn voorzien van galmgaten (twee rondbogig). De klok die in de klokkenstoel hangt, dateert uit 1440 en werd gemaakt door Willam Butendiic. De diameter van deze klok meet 110 centimeter. Klokkengieterij Eijsbouts leverde in 1917 het mechanische uurwerk van de klok. In de Hippolytuskerk bevinden zich meerdere 17de eeuwse beschermde onderdelen zoals een kansel, doophek, banken, ijzeren doopbogen (waarschijnlijk uit de 18de eeuw), gebrandschilderd glas (1676), kroonluchters en een eenklaviers orgel van Hendrik Knipscheer (1870).

De Onderneming 

In Hippolytushoef staat een molen; de rietgedekte grondzeiler De Onderneming. De ‘Vereniging De Wieringer Molens’ is eigenaar van De Onderneming. De Onderneming werd in 1851 gebouwd met als functie koren- en pelmolen. Tot 1950 heeft De Onderneming dienst gedaan. De stichting Oud-Wieringen heeft in 1952 De Onderneming aangekocht om hem de onderhouden en te bewaren voor toekomstige generaties. Een uitwendige restauratie van De Onderneming volgde in 1964. De laatste grote restauratie voltrok zich in 2000. Vanaf dat moment is De Onderneming weer maalvaardig.

In de jaren 20 van de vorige eeuw is het pelwerk uit De Onderneming verwijderd. Sinds de grote restauratie van 2000 draait op de voormalige pelzolder een windgedreven koekenbreker. De Onderneming was ooit in het bezit van drie koppels maalstenen. Eén van deze koppels is verwijderd uit de molen. De maalstoel van De Onderneming bevindt zich op de begane grond. Deze maalstoel bevat twee koppels stenen. Eén koppel kunststenen en één koppel blauwe stenen. De Onderneming is verder in het bezit van een neutenkruiwerk.

Grondzeiler

De Onderneming is zogezegd een grondzeiler. Iedere molen die vanaf de grond kan worden bediend, wordt een grondzeiler genoemd. De draaiende wieken scheren rakelings over de grond rondom de molen, doordat de bouw van een grondzeiler vaak gedrongen is. Bij een grondzeiler zeilt de molenaar de molen vanaf de grond op. Grondzeilers kunnen van verschillende soorten materiaal zijn gemaakt; houten molens (achtkante) of stenen molens (rond).

Het is wel belangrijk dat een grondzeiler goed is afgerasterd, anders kunnen er levensgevaarlijke situaties ontstaan; mensen en dieren kunnen dan door de draaiende molenwiek een spreekwoordelijke en letterlijke klap krijgen. Als een grondzeiler moet worden bevoorraad met koren en afgevoerd met meel is het dus goed opletten geblazen. Grondzeilers zijn voornamelijk gebouwd op locaties waar weinig windbelemmering was. Kinderdijk is daar een fraai voorbeeld van. In totaal zijn er in Kinderdijk achttien grondzeilers gebouwd. Gelukkig zijn alle molens van Kinderdijk bewaard gebleven.

Het polderderlandschap is ook een ideale plek voor grondzeilers, omdat het er vlak is en weinig bebouwing kent. Derhalve zijn de meeste poldermolens grondzeilers. De grondzeilers die ingericht zijn als korenmolen zijn vooral te vinden in gebieden waar veel wind is of op locaties waar zich een kunstmatige verhoging in het landschap aftekent. Als een molen zich op een kunstmatige verhoging bevindt, wordt dat een beltmolen oftewel bergmolen genoemd.

Beltmolen 

De natuurlijke of kunstmatig opgeworpen heuvel bij een beltmolen wordt een molenbelt genoemd. Wat een molenbelt voor een beltmolen is, is een stelling voor een stellingmolen. Bij een beltmolen is aan twee zijden een zogenaamde invaart gemetseld. Door deze doorgang kon paard en wagen voor laden en lossen van de molen aan één kant de molen binnenrijden en aan de andere kant de molen weer uitrijden.

De meeste beltmolens zijn korenmolens en kunnen opgetrokken zijn van hout (achtkante) of steen (rond). De Korenbloem in Ulvenhout is een beltmolen met de hoogste molenbelt van heel Nederland. Voor de oudste beltmolen van Nederland moet je naar Zeddam togen. Daar vind je de Grafelijke Korenmolen die dateert van vóór 1441. De Grafelijke Korenmolen behoort tot het type torenmolen. Torenmolens zijn ronde, stenen windmolens die zwaar gebouwd zijn. Torenmolens werden aangewend voor het malen van graan. De eerste vermelding van een torenmolen gaat terug naar het jaar 1280. In Nederland zijn er helaas nog maar een paar torenmolens bewaard gebleven.